Statistieken: e-commerce bij consumenten
E-commerce groeit wereldwijd, en België is geen uitzondering. Uit de recente cijfers van de FOD Economie blijkt dat de adoptie van e-commerce onder KMO’s nog steeds relatief laag is. Hoewel 73% van de Belgische KMO’s online aanwezig is, heeft slechts 28% een webwinkel.
De cijfers tonen aan dat veel KMO’s zich nog steeds niet bewust zijn van de voordelen die e-commerce hen kan bieden. In Vlaanderen, inclusief de Kempen, is er een aanzienlijk potentieel voor groei. Kempische KMO’s hebben een unieke kans om te profiteren van deze groeiende markt. Zeker als je ziet dat e-commerce (in 2022) al bijna 17% van de omzet bedroeg. En dat aandeel gaat snel stijgen.
Een KMO wordt in deze studie omschreven als een bedrijf tussen 10 en 249 werknemers. En daarvan is 27,3% actief via e-commerce. Ongeveer een zesde van hun omzet (16,7%) komt ook via online kanalen.
Belgische vs Europese bedrijven
De resultaten die we hierboven zagen, liggen wel serieus boven het Europese gemiddelde.
Gem. in België | Gem. in Europa | |
Procentueel aandeel van KMO's dat aan e-commerce doet | 27,3% | 19,1% |
Procentueel aandeel van e-commerce binnen de omzet | 16,7% | 11,3% |
Op zich logisch als je er andere Europese cijfers bijhaalt. Uit de gegevens van 2022 blijkt dat Belgische bedrijven, ongeacht hun grootte, veel actiever zijn in online verkoop dan hun tegenhangers in de buurlanden. Kleine Belgische bedrijven waarvan minstens 1% omzet via online kanalen komt, bedragen 25,2% van de markt. Da's meer dan het dubbele van Frankrijk (11,2%) en Luxemburg (7,4%). Dit cijfer ligt zelfs hoger dan dat van kleine Nederlandse (24,2%) en Duitse (18,4%) bedrijven.
Bij de middelgrote ondernemingen zien we een vergelijkbaar beeld: in België haalt 40,2% minstens 1% van hun omzet online, tegenover slechts 12,7% in Luxemburg, 21,8% in Frankrijk, 24,3% in Duitsland en 26,7% in Nederland. Deze cijfers laten zien dat België ver boven het Europese gemiddelde scoort op het gebied van e-commerce.
Online verkoop via eigen kanalen
Als we het hebben over online verkoop, dan bedoelen we eigen websites, apps en marktplaatsen. EDI verkoop valt hier niet onder. EDI staat voor Electronic Data Interchange, maar daar gaan we hier niet te diep op in.
E-commerce gebruik varieert sterk naar gelang de grootte van KMO’s. In 2022 ontving iets meer dan 1 op de 5 micro-ondernemingen (21,4%) met 2 tot 9 werknemers bestellingen via computernetwerken. Grotere KMO’s zijn nog actiever: 26% van de kleine ondernemingen en 40,9% van de middelgrote ondernemingen maakten hier gebruik van.
Bij webverkopen, inclusief via websites, apps of marktplaatsen, was 20,2% van de micro-ondernemingen actief. De kloof met grotere bedrijven is kleiner: 21,9% van de kleine en 28,7% van de middelgrote ondernemingen ontving bestellingen via deze kanalen.
Een bedrijf kan in beide categorieën vallen, afhankelijk van hun verkoopstrategieën. Online verkoop kan zich richten op andere bedrijven (B2B), overheidsinstanties (B2G), of particuliere consumenten (B2C).
E-commerce cijfers per bedrijfsgrootte
Hoe groter de onderneming, hoe meer zij online verkopen via hun eigen websites of apps. Zo realiseerde 17,8% van de micro-ondernemingen (2 tot 9 werknemers) een deel van hun omzet online via hun eigen kanalen, tegenover 20,5% van de kleine en 27,8% van de middelgrote ondernemingen.
Slechts een klein percentage van de KMO's haalt meer omzet uit online verkoop dan uit fysieke handel. In 2022 gaf ongeveer 3% tot 4% van de KMO’s aan dat meer dan de helft van hun omzet afkomstig was van verkoop via een website of mobiele toepassing.
Middelgrote ondernemingen handelen vaker online met andere bedrijven (B2B) of overheidsinstanties (B2G) dan met consumenten (B2C): respectievelijk 25,3% en 17,9%. Kleine ondernemingen (10 tot 49 werknemers) bedienen beide klantgroepen even sterk. Micro-ondernemingen zijn daarentegen meer aanwezig op de digitale B2C-markt (17,5%) dan op de B2B- of B2G-markt (12,5%).